Behandeling van de hamerkoppen

U heeft vast wel eens uw stemmer het woord ‘intoneren’ horen noemen. U hebt hem of haar misschien zelfs wel eens aan het werk gezien, waarbij er met naalden in de hamerkoppen werd geprikt. In dit blogartikel vertelt Matthijs Jongepier meer over het intoneren van een piano of vleugel.

Als all-round pianotechnicus wordt je opgeleid om te kunnen stemmen, afregelen en intoneren. Aan het begin van mijn carriere heb ik deze drie onderdelen vooral als aparte zaken beschouwd. Stemmen is het draaien aan de stempennen om de snaarspanning te veranderen zodat het instrument zuiver klinkt, afregelen is het afstellen van het mechaniek voor een gelijkmatig touché en intoneren is het werk aan de hamerkop voor een gelijkmatige klankkleur. Uiteindelijk blijkt dat onderscheid niet zo zwart/wit. Een licht ontstemde toon brengt iets scherps in de klank, een kleinere afval in de afregeling maakt de toon helderder, een grotere stijghoogte in de afregeling maakt de toon voller, enz. Zo kun je de klankkleur dus al aardig beinvloeden zonder ook maar één naald in de hamerkop te hebben gezet. Uiteindelijk zou je kunnen beargumenteren dat het materiaal van de lessenaar in een vleugel nog invloed heeft op de klank.

De hamerkop en de klank van de piano

Maar goed, voor nu wil ik mij in dit verhaal toespitsen op de werkzaamheden aan de hamerkop en hoe deze de klank van uw piano of vleugel kunnen beinvloeden. Een hamerkop is eigenlijk een lapje vilt dat onder spanning om een houten kern wordt gelijmd en geniet. In de houten kern is een gat geboord, waarmee we de hamerkop aan de hamersteel verlijmen. Hamerkoppen worden niet individueel gemaakt, maar beginnen hun bestaan als een lange plank, die steeds dunner wordt, waarover een grote lap vilt wordt gelijmd, die in dezelfde richting eveneens steeds dunner wordt. Daar worden uiteindelijk plakjes van gesneden, en zo ontstaat een set van 88 hamerkoppen waarvan de baskoppen een stuk groter en zwaarder zijn dan de kleinere discant koppen. Logisch, een bassnaar is veel langer, dikker en zwaarder dan een kort dun discant snaartje, daar is dus meer massa voor nodig om deze in trilling te brengen.

Bij het indrukken van een toets, slaat de hamerkop met een vrij hoge snelheid tegen de snaar. Hoe harder u speelt, des te hoger de snelheid en dus de energie die naar de snaar gaat. Maar hoe geeft de hamerkop de energie nu af aan de snaar? En wat is de relatie met de klankkleur (dof, helder, spijkerhard, rond)? Stel u heeft een golfbal en een tennisbal en u gooit deze afzonderlijk van elkaar hard tegen een muur. En stel u heeft een hogesnelheidscamera waardoor u de impact van elke bal op de muur extreem langzaam kunt bekijken op een scherm. De golfbal is hard, deze zal nauwelijks indeuken en ketst hard af op de muur, waarbij de contacttijd heel kort is. De tennisbal is flexibel, deze zal dus indeuken op moment van impact, heeft dan een langere contacttijd met de muur en zal waarschijnlijk verder terugstuiteren van de muur, omdat hij energie kan opslaan in z’n vervorming.

Het intoneren van een piano of vleugel

Hard vilt van een hamerkop

Wanneer het vilt van een hamerkop hard is (dat is meestal zo als ze nieuw zijn door het persen, maar ook een flink ingespeelde hamerkop kan heel hard worden), dan gedraagt deze zich als de golfbal tegen de muur. Het vilt zal op moment van impact tegen de snaar weinig vervormen, de contacttijd is kort, er wordt dus relatief weinig energie aan de snaar gegeven en de toon die ontstaat heeft dan weinig grondtoon en veel boventoon. Een dergelijk toon ervaren we meestal als (spijker)hard en onaangenaam. Ook bij laag volume heeft de toon een erg hard en helder karakter.

Zachter maken van het vilt

Hoe kunnen we dat vilt nou zachter of flexibeler maken? Door met een naald, of zelfs met drie naalden tegelijk in de wangen van de hamerkop te prikken, soms wel 50–60 keer per kant. Hierdoor worden de vilten wangen van de hamerkop een stuk elastischer en gaat de hamerkop meer reageren als een tennisbal. Op moment van impact op de snaar, zal het vilt licht indeuken, hierdoor is de contacttijd langer waardoor hele hoge boventonen gedempt worden, en op moment dat het vilt weer uitdeukt, wordt deze opgeslagen energie aan de snaar gegeven. Het gevolg is een sterkere grondtoon en iets minder boventonen, waardoor de toon meer kern heeft en aangenamer klinkt. Uiteindelijk kan een goede intonateur net zolang doorgaan met prikken totdat de hamerkop de gewenste elasticiteit heeft waardoor de toon voor de pianist in alle registers en sterktes het mooist is. Met dit maatwerk kunnen we de hoeveelheid boventonen afstemmen op iemands individuele smaak. Hoe minder boventonen, hoe ronder en milder de toon. Een intonateur kan dan ook te ver gaan, waardoor de toon te zacht en te rond wordt, en daardoor vlak en zonder definitie. Wanneer een piano of vleugel goed geintoneerd is, dan zijn de tonen mooi rond van klank bij zacht spel, en wordt de klank helderder naarmate er luider wordt gespeeld. Zo kun je als pianist niet alleen hard en zacht spelen, maar ook kleuren met je aanslag.

Vorm van de hamerkop

Uiteindelijk speelt ook de vorm van de kop een rol in de afgifte van energie aan de snaar en dus in klank. Meestal wordt na een uitgebreide intonatiebeurt de hamerkop in het juiste model geschuurd met schuurpapier. En ook het gewicht van de kop heeft invloed op de klank. Binnen kleine marges kunnen hamerkoppen individueel wat lichter of zwaarder worden gemaakt. Maar hoofdzakelijk wordt bij intoneren met naalden in het vilt geprikt, waardoor de elasticiteit van het vilt verandert. En daarmee dus de contacttijd met de snaar en het boventoonspectrum in de toon.